Toch hebben wij uiteindelijk een kort geding aangespannen. Na de schadeloosstelling en eerste compensatie van de Belastingdienst heeft Sylvana namelijk een nieuwe huurachterstand van 5 maanden opgebouwd. Omdat de aanleiding zo schrijnend is, hebben we diverse keren geprobeerd om tot afspraken met Sylvana en haar budgetbeheerder te komen om het probleem samen op te lossen. Dit contact is onvoldoende tot stand gekomen. Wat ons betreft had het zeker niet hoeven leiden tot een kort geding en mogelijke ontruiming. Dat hoeft het trouwens nog steeds niet.
Wij waren vooraf niet op de hoogte van de extra compensatie die Sylvana nog tegoed heeft van de Belastingdienst. Deze informatie werd pas één werkdag vóór de zittingsdatum naar ons toegestuurd. Wij zijn zeker bereid te wachten totdat deze compensatie binnen is, zodat Sylvana haar huurschuld hiervan kan betalen. In dat geval hoeven we het vonnis ook niet af te wachten. Als wij hier eerder van in kennis waren gesteld was een kort geding überhaupt niet nodig geweest. Wij betreuren dat dan ook ten zeerste. We gaan zeker bekijken wat wij ins ons eigen proces nog kunnen verbeteren om meer en beter in gesprek te blijven met huurders met huurachterstanden waarmee we niet tot afspraken komen.
Om de zaak goed te kunnen begrijpen achten wij wat achtergrondinformatie noodzakelijk:
Casus: Sylvana huurt sinds 19 maanden een woning van Woonwenz in Arcen. Hiervan heeft zij 10 maanden niet betaald. Toen duidelijk werd dat zij slachtoffer in de Toeslagenaffaire was, zijn de eerste 5 maanden van die schuld bevroren. Vanaf dat moment begrepen wij natuurlijk goed waarom Sylvana een schuld had opgebouwd. We hadden er echter minder begrip voor dat ze ook na de schadeloosstelling de huur niet meer betaalde. 5 maanden van haar huurschuld dateren namelijk van ná de schadeloosstelling door de Belastingdienst (mei 2021) en de aan haar verstrekte € 30.000 compensatie. De schulden die zij had vóór de schadeloosstelling zijn voor een jaar bevroren. De ontvangen compensatie hoeft daarvoor niet gebruikt te worden. Officiële schuldeisers kunnen dus ook geen aanspraak maken op dit bedrag. Desalniettemin heeft Sylvana sinds september 2021 gedurende 5 maanden haar huur niet meer betaald. Ondanks de ontvangen compensatie en de doorlopende huurtoeslag. Daarom hebben wij uiteindelijk besloten een kort geding te starten.
Het contact tussen onze afdeling Incasso en Sylvana kwam helaas niet tot nauwelijks tot stand. Afspraken met ons en Schuldhulpverlening werden door Sylvana afgezegd. Achteraf begrijpen wij heel goed dat de situatie waarin Sylvana terecht is gekomen waarschijnlijk zo’n grote impact heeft gehad dat dit heeft geleid tot verkeerde beslissingen. Mogelijk heeft dit zelfs verlammend gewerkt. We betreuren dit ten zeerste en vinden het spijtig dat een goed contact nooit tot stand is gekomen. Ook betreuren we het dat haar budgetcoach onvoldoende in staat was haar te motiveren de ontvangen € 30.000 (deels) te besteden aan het betalen van haar huur.
Onze eigen rol in deze hele situatie gaan wij zeker nog nader bekijken. Wij zien absoluut ook leerpunten voor onszelf. We vinden het heel belangrijk om op een menselijke wijze om te gaan met huurders met betaalproblemen en staan in de eerste plaats opgesteld om hen te helpen en niet verder te duperen. Deze casus raakt ons ook echt en we trekken hier zeker lering uit.
Desalniettemin denken wij dat met de compensatie die Sylvana nog tegoed heeft, haar situatie er een stuk rooskleuriger uitziet. Hiermee kan zij immers ruimschoots haar huurschuld aflossen. Los van het vonnis van de rechter gaan wij er dan ook vanuit samen met haar afspraken te kunnen maken over het betalen van de huur en aflossen van haar huurschuld, zodat Sylvana haar woning niet kwijt hoeft te raken.